In een uitgestrekt bos, waar het ritselen van bladeren en het gezang van vogels de dagen vulden, leefden de dieren in ogenschijnlijke harmonie. Generaties lang hadden ze een manier van samenleven en samenwerken ontwikkeld die hen door de seizoenen heen hielp. De eekhoorns verzamelden hun noten, de bevers bouwden dammen, en de mieren hielden het bos netjes georganiseerd met hun gestructureerde paden.
Toch begon er iets te wringen. Het bos veranderde. De winters werden strenger, de zomers droger, en de ooit zo betrouwbare patronen leken steeds minder effectief. De voorraad noten was vaker beschimmeld voordat de winter voorbij was. De dammen van de bevers hielden het water niet meer zo goed vast. En de mieren? Hun vertrouwde routes werkten niet meer omdat planten anders groeiden en obstakels verschoven.
Wat betekent dit voor jou?
In organisaties gaat het vaak net zo. Teams en leiders raken gewend aan bepaalde werkwijzen, zelfs als die niet meer optimaal zijn. De reflex is om harder te werken in plaats van slimmer. Maar echte vooruitgang begint met de moed om anders te kijken.
Soms heb je een externe blik nodig; iemand die niet vastzit in de interne dynamiek, geen verborgen agenda heeft, en juist daardoor nieuwe inzichten kan brengen. Iemand die de blinde vlekken zichtbaar maakt en helpt om oude patronen te doorbreken.
Sta jij open voor een frisse blik op jouw organisatie?
